Wanneer miMakker Stip langs de openstaande deur van de huiskamer op de verpleegafdeling loopt, hoort ze ineens geroep. Nieuwsgierig staat ze stil om even te luisteren. “Moeke, moeke”, klinkt het zacht en verdrietig. Mevrouw de Kroon ligt in haar lig-rolstoel in de huiskamer, er is verder niemand. Ze kan Stip niet zien, want ze ligt met haar rug naar de deuropening. Ze beweegt onrustig heen en weer. Haar rechterarm en hand bewegen continu zwaaiend rond. Het lijkt alsof mevrouw naar iets zoekt om vast te pakken of aan te raken. “Moeke, moeke”, het geroep houdt aan. Stip komt zachtjes neuriënd de kamer binnen. Mevrouw draait haar gezicht richting het geluid en haar arm beweegt met uitgestoken hand mee. Dan ziet ze Stip en ze kijken elkaar aan. “Moeke”, klinkt het nogmaals. Stip komt dichterbij en steekt haar hand uit. Als hun vingers elkaar raken pakt mevrouw met verrassend veel kracht Stip haar hand vast en trekt haar in één beweging naar zich toe. Stip ploft neer op een stoel naast de rolstoel.
Innig verbonden
Mevrouw en Stip hebben de handen ineengestrengeld. Mevrouw kijkt Stip onderzoekend aan, ze draait zich helemaal richting Stip. Haar andere arm slaat ze om Stip heen. Zo goed en kwaad als het kan trekt ze zich bijna tot in foetus houding op en kruipt steeds dichter tegen Stip aan. Hun voorhoofden raken elkaar. Mevrouw wrijft met haar gezicht tegen Stip. Ze laten elkaar even los en kijken elkaar diep in de ogen. Zacht omvat Stip met beide handen het gezicht van mevrouw. Ze knuffelen elkaar, geven kusjes op elkaars handen. Mevrouw drukt haar wangen tegen de warme handen van Stip. Ze omhelzen elkaar en fluisteren lieve woordjes. Mevrouw haar ademhaling wordt steeds rustiger, haar lichaam ontspant zich en langzaam wordt hun omhelzing losser. Voorzichtig laat Stip haar los. Met een glimlach pakt mevrouw de zachte deken op haar schoot en trekt deze over zich heen. Stil zitten ze nog even naast elkaar.
Na deze ontmoeting moest ik even bijkomen. Als miMakker Stip raakte de omhelzing mij diep, maar ook als Petra. Er was zo’n diepe verbondenheid ontstaan. Mevrouw liet zoveel behoefte aan liefdevolle aandacht en fysiek contact zien. Het confronteerde mij met het gemis van mijn moeder, die een half jaar geleden is overleden.
Aan een verzorgende heb ik door gegeven hoe fijn mevrouw de Kroon het liefdevolle fysieke contact vindt. Hopelijk helpt dit haar familie in de benadering van mevrouw, ook al zijn ze misschien niet gewend aan zo’n knuffelende moeder. En kan er tijdens de verzorging ook aandacht aan besteed worden. Dat zou fijn zijn.
Petra van der Velde